Attentie: als u de snelvriesschakelaar inschakelt of de temperatuurregelaar verstelt, kan het voorkomen dat het koelaggregaat van uw diepvrieskast niet onmidddellijk, maar pas na enige tijd begint te werken. In dit geval is er geen sprake van een storing.
Opstellen
Opstelplaats
Het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte neerzetten. De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik. Het apparaat daarom � niet aan directe straling van de zon blootstellen; � niet bij radiatoren, naast een kachel of andere warmtebronnen plaatsen; � alleen op een plaats neerzetten waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatcategorie waarvoor het apparaat is ont-worpen. De klimaatcategorieën staan op het merk- en type-aanduidingsplaatje dat zich links aan de binnenkant van het apparaat bevindt. De volgende tabel geeft aan welke omgevingstemperatuur bij welke klimaatcategorie behoort:
Klimaatcategorie voor een omgevingstemperatuur van +10 tot +32 °C +16 tot +32 °C +18 tot +38 °C +18 tot +43 °C SN N ST T
Akoestisch temperatuursignaal
Uw diepvriezer is voorzien van een hoorbaar temperatuuralarm, een geluidssignaal dat afgaat, terwijl het rode controlelampje knippert, waarschuwt u dat de opslagtemperatuur in uw diepvriezer te hoog of te warm is. Het geluidssignaal gaat af tot op knop (D) wordt gedrukt.
�Open deur� waarschuwing
De waarschuwingstoon klinkt als de deur langer dan 80 seconden open blijft staan. � Het akoestisch alarm gaat uit, zodra de deur gesloten wordt.
In gebruik nemen en temperatuurregeling
� Steek de steker in de wandkontaktdoos. � Draai de temperatuurregelaar (B) in de richting van "O"; er is gedurende slechts 2 sec. een geluidssignaal te horen. � Het groene lampje (A) gaat branden. Het apparaat is ingeschakeld. � Het rode lampje (E) knippert en het geluidssignaal gaat af. � Reset het geluidssignaal door op knop (D) te drukken. Het rode lampje knippert voortdurend. � Schakel de snelvriesknop (D) nogmaals in. Het gele controlelampje (C) gaat branden. � Pas als het rode lampje (E) niet meer brandt, schakelt u de snelvriesschakelaar (D) uit, het gele lampje (C) gaat uit. Stand �1� betekent: hoogste, warmste binnentemperatuur. Stand �4� betekent: laagste, koudste binnentemperatuur. Bij het instellen van de juiste stand dient u er rekening mee te houden dat de temperatuur in het apparaat afhankelijk is van: - de kamertemperatuur; - de frequentie waarmee de deuren geopend worden; - de hoeveelheid levensmiddelen in de kast; - de plaats van het apparaat.portes;
36
Als het onvermijdelijk is het apparaat naast een warmtebron te plaat-sen, aan weerszijden minimaal de volgende afstanden aanhouden: � tot elektrische kachels 3 cm; � tot olie- en kolenkachels 30 cm. Als men zich niet aan deze afstanden kan houden, is een warmte-isolatieplaat tussen kachel en koelapparaat aan te bevelen. Als het koelapparaat naast een ander koel- of diepvriesapparaat staat, is een afstand van 5 cm aan weerszijden aan te bevelen, zodat zich geen condens vormt aan de buitenkant van de apparaten. "Montage rechtstreeks onder een kookplaat is niet toegestaan. De temperaturen van de kookplaat, die op sommige plaatsen hoog zijn, kunnen het apparaat beschadigen. IIndien een kookplaat in de buurt van het apparaat geïnstalleerd wordt, dienen de betreffende montage- en veiligheidsvoorschriften in acht genomen te worden. Gezien de veelzijdigheid van de mogelijke installatievoorwaarden is het onmogelijk hier gedetailleerde informatie te verschaffen. Men dient te voorkomen dat de ijskast warm wordt, door een geschikte afstand van de warmtebron aan te houden en door middel van het gebruik van een geschikte isolatieplaat. Bovendien dient een correcte ventilatie van het apparaat gegarandeerd te worden."